Boom
ruste hij maar zacht
dat gun ik de dood:
zijn eenzame nacht
in pure levens nood
vrouwen gek ontsnapt
dat het hem is gelukt
boom omver gekapt
van haren los gerukt
hij had ooit een geliefde
die graag een kersje bliefde
zo haar allerlaatste hapje
van zijn uitgeperste sapje